1.Open water voor en naast het pand. Logisch dat men bij een grote/zich ontwikkelende tot zeer grote brand besluit tot de waterwinning ( 180m3/uur) van open water ipv aankoppelen op een brandkraan (max.60m3/uur als het meezit). Gelet op het grote achterland was er voldoende aanvoer naar het open water voor en naast het bouwsel. Vanwege de rook werd de autospuit verplaatst naar een andere plek aan dat zelfde open water.
Twee autospuiten (2x180 m3/uur) kunnen vrijwel direct en veel sneller het zelfde leveren als een DPU (380 m3/uur) met de nodige bekende vertraging, aan de slangen van het GWT was gelet op de afstand waterwinning tot de brand geen behoefte
De beelden, hoe uitgebreid dan ook, zijn niet meer dan momentopnamen, opmerkingen n.a.v, alleen de beelden moeten dan ook worden beschouwd als “losse flodders”.
2.Als een zwembad vol is staat en voldoende water als het leeg is niet, waarom preparatief voorzien op gechloreerd water, met de nodige 4” afsluiters, van het zwembad terwijl er voldoende open water voor de deur is. Al dan niet modderig water op de brand is minder milieubelastend dan gechloreerd water op de brand. De aansluiting zou op afstand van het zwembad moet zijn, zwembad vol/leeg, afsluiters, chloorwater en de windrichting geven voor de brandweer de nodige onzekerheden. Dus het is beter om, als we even praktisch blijven, daar toch maar niet aan te denken.
Wel een binnenaanval uitgevoerd maar niet succesvol, dan resulteert een brand in een dergelijk bouwsel al snel in een afbrandscenario, wat er ook wordt gealarmeerd en wordt ingezet, mogelijk een goede oefening maar zonde van het werk en de uitgaven.
Laten we het hier maar op houden.