Gezien er dan sprake is van een landelijke probleem waarvoor veel mankracht nodig is denk ik dat dit beter onder de kerntaken van defensie zou kunnen passen.
Niet de brandweer maar wel Defensie, als kerntaak nog wel, beschermen van het eigen grondgebied en dat van bondgenoten; bevorderen van de (internationale) rechtsorde en stabiliteit;
leveren van bijstand bij rampen en crises. Maar wat staat er in de wet op de veiligheidsregio's aangaande kerntaken;
De Wet veiligheidsregio’s kent een lange voorgeschiedenis met een aantal zeer tastbare
aanleidingen, zoals de vuurwerkramp in Enschede in mei 2000 en de Nieuwjaarsbrand in café ‘De
Hemel’ in Volendam in 2001. Door de toenemende verstrengeling tussen economie, technologie,
ecologie, cultuur en bestuur is de complexiteit van de samenleving sterk toegenomen. Omdat de
dreiging vanuit de ‘klassieke’ rampen werd verruimd met nieuwe ramptypen - zoals de
MKZ-crisis van 2003, de dreiging van een griepepidemie, terreurdreiging en de ‘strooizoutcrisis’ - is de rampenbestrijding in de loop van de jaren uitgebreid naar crisisbeheersing.
De nieuwe vormen van dreiging vragen om een ander soort aanpak, partners en strategie. De
behoefte ontstond aan een grotere organisatieschaal dan de gemeentelijke schaal: de meeste gemeenten zijn immers te klein om alle taken op het gebied van rampenbestrijding èn crisisbeheersing te kunnen invullen.
Ook de behoefte aan multidisciplinaire samenwerking nam meer toe, met zowel de traditionele veiligheidspartners als nieuwe partners. De burger mag immers van de overheid verwachten dat ze in staat is om samen te werken bij rampen en crises. Kortom, de slagkracht en professionaliteit van de hulpverlening in Nederland moest worden vergroot. Om dat te bewerkstelligen is het noodzakelijk dat uniforme hulpverleningsniveaus ontstaan binnen samenwerkingsgebieden (veiligheidsregio’s) in verband met onderlinge bijstand en opschaling. De hierboven genoemde ontwikkelingen leidden parallel tot een discussie over een meer adequate organisatie voor rampen- en crisisbeheersing. Al in 1993 werd besloten tot het inrichten van 25 politieregio’s. In haar Nieuwjaarspeech van 1994 gaf toenmalig minister van Binnenlandse Zaken, mevrouw Dales, aan dat een omslag van de brandweer van een technisch uitvoerend apparaat naar een spilorganisatie en verdere professionalisering - nodig was zoals deze ook inmiddels bij de politie in gang was gezet. De tijd van vrijblijvende samenwerking tussen gemeentelijke brandweerkorpsen was wat haar
betrof voorbij. De eerste stappen naar regionale brandweerorganisaties zijn toen gezet.
De evaluaties van onder andere Enschede en Volendam gaven nogmaals aan dat de bestuurlijke
organisatie en schaal van de rampenbestrijding tekort schoot. De Commissie-Brouwer van de VNG
erkende in 2002 dat veel gemeenten simpelweg te klein zijn om een ramp of crisis van enige omvang aan te kunnen en raadde aan op zoek te gaan naar samenwerkingsverbanden. De Raad voor het Openbaar Bestuur bracht in 2003 het advies uit om de rampenbestrijding en crisisbeheersing als verlengd lokaal bestuur te organiseren. Dit resulteerde in 2004 in het Kabinetsstandpunt veiligheidsregio’s en in het in het kabinetsakkoord van 2007 werd gekozen voor verlengd lokaal bestuur. Dit alles heeft geleid tot de inwerkingtreding van de Wet veiligheidsregio’s en bijbehorende besluiten per 1 oktober 2010.
Met andere woorden, indien er zou worden gesproken van een crisis dan heeft de brandweer ook haar taak, misschien wel middels secondaire procesgangers.