Collega's
Onlangs met een oefening compleet met ademlucht (Drager PSS7000 toestel i.c.m. FPS7000 gelaatstuk) te water gegaan. Een aantal punten springen hierin naar voren die wetenswaardig zijn.
A) Te water met bluspak i.c.m. ademlucht zonder redvest. Zinken doen we niet, sterker nog, het lukt zelfs niet om bewust onder te blijven.
B) Ademlucht werkt ook onder water, maar het ademautomaat gaat flowen. Waarom lekt een gelaatstuk onder water?
Bij een test in het zwembad bleek dat het gelaatstuk gaat freeflowen over het uitademventiel. Dit lijkt vreemd, want het drukverschil onder of boven water zou geen invloed moeten hebben op het functioneren van het gelaatstuk, de waterdruk of luchtdruk werkt immers op alle delen van het gelaatstuk. Dus een extra druk op het membraan van het ademautomaat (wat de overdruk in het gelaatstuk beïnvloed) wordt opgeheven door een extra druk op het uitademventiel waardoor de situatie in evenwicht zou moeten zijn. Echter blijkt er toch een freeflow te ontstaan.
De test vond plaats net onder het wateroppervlak, waardoor de waterdruk van +/- 20 cm een extra druk van 0.02 bar veroorzaakt. Dit lijkt verwaarloosbaar, want het verschil tussen een lagedrukgebied en een hoge drukgebied kan al groter zijn dan de 0.02 bar (20 mbar) en dan ontstaan er geen problemen. Toch is er een verschil waardoor het theoretisch verklaarbaar is en dit praktisch ook aangetoond kan worden. Enige kennis van de werking van een gelaatstuk is hiervoor wel vereist.
Het gelaatstuk werkt met een overdruk. De overdruk van het gelaatstuk ligt tussen de 1-3,9 mbar. Deze druk wordt bereikt door een membraan met een veer. De veer zorgt voor de overdruk t.o.v. de omgevingsdruk die op het membraan werk.
Het uitademventiel wordt door een veer op spanning gehouden om deze overdruk vast te houden en gaat vanaf 4,2 mbar open. Het verschil tussen de overdruk in het gelaatstuk en de openingsdruk van het uitademventiel is dus 0,3 mbar.
De afstand tussen het uitademventiel en het membraan van het ademautomaat bedraagt 6 cm. Afhankelijk hoe het gelaatstuk zich onder het water bevind, is er dus een hoogteverschil tussen de 0 cm ( horizontale stand ) tot 6 cm (verticale stand) tussen het uitademventiel en membraan van het ademautomaat.
De waterdruk is per cm waterkolom 0,98 mbar. Dit betekent dat het drukverschil tussen het uitademventiel en het membraan van het ademautomaat 5,88 mbar is. Dit is ruim meer dan de 0,3 mbar drukverschil wat de veer van het uitademventiel aankan.
Bij het voorbeeld in het zwembad zijn de waarden als volgt:
Diepte uitademventiel 20 cm onder oppervlakte.
Omgevingsdruk: 19,61 mbar
Openingsdruk 19,61 + 4,2 = 23,81 mbar
Diepte ademautomaat 26 cm onder oppervlakte.
Omgevingsdruk: 25,5 mbar
Overdrukdruk 25,5 + 3,9 = 29,4 mbar
Conclusie:
Het gelaatstuk waarvan het uitademventiel zich op gelijke hoogte of hoger bevind dan het ademautomaat zal niet freeflowen. Zodra het uitademventiel lager komt dan het ademautomaat gaat deze freeflowen.