Als je vermoedt dat een materiaal asbest kan bevatten, kun je zelf een voorlopige asbest-test doen. Je kunt daartoe voorzichtig een vezeltje losmaken met een metalen pincet uit het materiaal.
Probeer daarbij te voorkomen, dat je een verhoogde concentratie asbestvezels inademt. Maak het materiaal daartoe eerst plaatselijk nat met zeepsop, scheerschuim of behangerslijm.
Als dat vezeltje zélf niet brandt of smelt, als je het een minuut lang in een kaarsvlam houdt, is het mogelijk asbest. Een asbestvezel zelf kan dan wel gloeien, maar zal zelf niet branden of smelten.
Doop het vezeltje daarbij een paar keer in het gesmolten kaarsvet met de metalen pincet, en houd het daarna telkens weer in de kaarsvlam. Het kaarsvet op het vezeltje brandt dan natuurlijk wel. En een eventueel aanwezig laagje lijm, hars of verf rond de asbestvezel, kan ook branden. Als de vezel zélf niet brandt en niet smelt, kan het asbest zijn, of glasvezel, steenwol of een metaal.
Je kunt de vezel voor en na deze vlamtest bekijken met een eenvoudige diamant-loupe bij zonlicht, of met een felle zaklamp. Je kunt het beeld dan vergelijken met foto's op internet van asbestvezels. Die foto's kun je vinden via Google Afbeeldingen.
Voor meer zekerheid over asbesthoudendheid, kun je het materiaal op asbest testen met een polarisatie-microscoop. Die microscoop kun je bijvoorbeeld tweedehands kopen via internet. Dat microscopisch asbestonderzoek kun je ook laten doen door een gecertificeerd laboratorium voor asbestonderzoek.
Voor meer informatie kun je zoeken via Google op:
- asbestos "burning test"
- asbestos "polarized light microscope"
- gecertificeerd asbestlaboratorium